logo
  • Home
  • Over Ton Niessen
  • Bestel STAYING ALIVE (in Rome)

Over Ton Niessen

Waarschijnlijk is de liefde voor het schrijven bij mij ontwaakt op de MAVO. Ik zat in het tweede jaar en we kregen de opdracht een opstel te schrijven. Het onderwerp was: Een autorace met de leraren als deelnemers. Ik scoorde voor dat opstel maar liefst een 9. De leraar was er zo enthousiast over, dat hij het voorlas in de klas. Ik was ongelooflijk trots.

De jaren vorderden. En in die jaren was Sinterklaas een heerlijke tijd voor me. Want ik kon weer gedichten schrijven! Dat deed ik met enorm veel plezier en kostte me nauwelijks moeite. Een gedicht vol getypt op een A4, was geen uitzondering; ik schudde het met speels gemak uit mijn mouw. Maar dat er een vonk oversprong om iets met schrijven te doen? Nee, in het geheel niet.

Waar dat voor de eerste keer wel gebeurde, was toen ik net 22 was geworden. Ik zat op de MEAO in Maastricht. Het was het einde van het eerste schooljaar. Met twee klasgenoten (Frank en Alex) fietste ik naar een kroeg. Hoe het precies ging, wat de aanleiding ertoe was, weet ik niet meer, maar op zeker moment riep ik: “Ooit ga ik een boek schrijven!” Er werd meewarig gelachen door Frank en Alex.  Het zal wel. Zoiets.

"Het zal wel. Zoiets"

De eerste keer dat mensen in mijn omgeving zeiden dat ik iets met dat schrijven moest doen, was in de periode dat ik bij de SNS Bank werkte. In de jaren 2003 tot en met 2010 deden we (mijn  collega’s van SNS Effectenlijn en ik) mee met het jaarlijks Tourspel. Ik besloot om een dagelijkse column te schrijven, gewoon, ter lering en vermaak. Het plezier waarmee mijn collega’s deze stukjes tekst lazen, verbaasde mij in eerste instantie enorm. Ik schreef ze omdat ik het leuk vond. Dat ik zo’n positieve respons kreeg, verraste me volkomen. Na een aantal jaren spoorden ze me aan om iets met dat schrijven te gaan doen. Met enige schroom besloot ik dat te doen.

Ik stuurde een aantal van mijn columns naar onder andere Stadsblad ’s-Hertogenbosch. De hoofdredacteur nodigde me daarop uit om eens langs te komen. Het werd een aangenaam gesprek en hij nam me in dienst. Ik mocht kleine stukjes schrijven over wat er zoal gebeurde in ’s-Hertogenbosch. Zo bezocht ik een verzamelaarsbeurs, een toneelstuk, fietste de atelierroute, en deed hierover verslag.

Voor hetzelfde blad heb ik ook tentoonstellingen bezocht waarover ik uitvoerig verslag deed. Je zou het met enig gevoel voor journalistiek recensies kunnen noemen. Ik had en heb nog steeds een enorme interesse in kunst(geschiedenis). Dat had ik de hoofdredacteur verteld. Daarom stuurde hij mij erop uit om musea en andere kunstinstellingen te bezoeken.

Staying Alive (in Rome)

Heeft u misschien de uitzending van Zomergasten van een aantal jaren gelden gezien, waarin Griet op de Beeck te gast was? Haar optreden in dat programma  was de eerste aanzet tot het schrijven van Staying Alive (in Rome). Ik herinner me het moment nog zeer goed, toen ze recht in de camera keek resoluut zei: “Dus als je thuis zit en je hebt de aandrang om een boek te schrijven, twijfel dan niet langer meer. Doe het! Zie wat het mij gebracht heeft.” Het was alsof ze het tegen mij persoonlijk had.

Verbluft zette ik de tv uit. Haar woorden hadden doel getroffen. Ik wist dat het moment was aangebroken. Tot dan toe zag ik het schrijven van een boek  als een berg die ik niet beklimmen kon. Dat lag gewoonweg niet in mijn vermogen. Maar hoe wist ik nou zeker dat ik er niet toe in staat was terwijl ik het niet eens geprobeerd had? Ik nam weer plaats op de sofa en stelde mezelf een vraag: hoe begin ik? Al snel kwam het antwoord: verzin een personage met een aparte eigenschap. Dat personage bedacht ik een paar dagen later en dat werd het uitgangspunt voor mijn roman.

Het was zomer en mooi weer. De dag erna ben ik getooid met pen en papier naar een terras gefietst in Den Dungen (lekker rustig) en begon met schrijven. En voor ik goed en wel bezig was had het personage een naam, een beste vriend, ouders, een afgeronde studie, een baan. Verrukt door deze ontwikkeling, rekende ik twee ijsthee af en fietste terug naar ’s Hertogenbosch.

Maar er kwam snel de klad in. In die tijd was ik een fanatiek toneelspeler/acteur. Na de zomer  begonnen de repetities voor een nieuwe voorstelling en van een film. In beide speelde ik een hoofdrol. Dat vergde veel tijd en energie en daardoor verdween de eerst gemaakte aanzet tot een boek, zo liefdevol en enthousiast geschreven op het terras in Den Dungen, onder het script van zowel de film als het toneelstuk.

Mijn eersteling

Weer een jaar later. De film is gedraaid en het stuk verschillende keren opgevoerd. Ik liep naar de boekenwinkel en kocht het nieuwste boek van Haruki Murakami, mijn grote held. Thuisgekomen opende ik het boek en tot mijn verrassing zag ik dat hij een inleiding had geschreven. En het was die inleiding die de tweede aanzet werd tot het schrijven van Staying Alive (in Rome). Zijn woorden troffen doel, rechtstreeks in mijn schrijvershart dat ik inmiddels een jaar lang verloochend had. Hij beschreef hoe hij besloot romanschrijver te worden. De manier waarop dat gebeurde, was zo verbluffend helder en licht.

De dag erna fietste ik opnieuw naar hetzelfde terras met de schrijfblok en een pen. Het was wederom zomer en prachtig weer. Ik besloot de eerder gemaakte aantekeningen gedetailleerd uit te werken. Zo ontstonden de drie hoofdpersonages en werden ook de eerste sporen duidelijk van  de verhaallijn. Uiteindelijk, zo’n drie jaar later, zag Staying Alive(in Rome) het levenslicht.

Het waren drie mooie jaren. Veel research gedaan, onder andere twee keer naar Rome geweest omdat een groot deel van het boek zich daar afspeelt. Maar ook naar Rotterdam, de stad waar het verhaal begint. Ik bezocht mensen die me iets meer konden vertellen over de ontwikkeling van het gebruik van de pc en over de werking ervan. Ik ging op bezoek bij Alessandra in Haarlem die taal- en cultuurreizen  organiseert naar Italië. Ik belde met het filmhuis in Rotterdam, had contact met de Hartstichting en bezocht een kunstgalerie in Vught. En nog zoveel dingen meer. Iedereen die me geduldig en belangeloos te woord stond. Het waren fijne ontmoetingen en contacten. Ik denk er met plezier aan terug.

Maar de meeste voldoening gaf toch het schrijven zelf. Te ontdekken dat het me steeds weer lukte om minimaal achthonderd woorden te schrijven. Te ontdekken ook dat de woorden heel vaak zo vanzelfsprekend kwamen. Mijn vingers dansten over de toetsen van mijn laptop. Een enkele keer liep ik vast. Dan stond ik op en deed even iets anders in huis, bijvoorbeeld de was uit de machine halen. Ik was nauwelijks daarmee bezig, of ik kreeg een ingeving hoe verder te gaan met het verhaal. Tevreden en blij kroop ik weer achter de laptop en vervolgde mijn verhaal.

Zo ontstond het boek. Zo beklom ik de berg. Zo verwezenlijkte ik mijn droom die ik ooit uitschreeuwde op de fiets in Maastricht, achterop bij Frank. Dat u bij het lezen ervan net zoveel plezier mag beleven als ik bij het schrijven ervan. Staying Alive (in Rome),mijn eersteling.

© Ton Niessen - Algemene voorwaarden | Privacybeleid | Cookie statement | Retourbeleid | Levertijd en verzending

Privacy Preference Center

Privacy Preferences